Prak een banaan goed fijn met een vork. Kluts het ei en voeg het daaraan toe. Doe de kaneel erbij en meng het tot een egale massa.
Verwarm de olie of boter in een koekenpan. Schep met een lepel het beslag in de koekenpan, in drie kleine porties. Laat de pannenkoekjes goed bakken, tot de bovenkant een beetje droog wordt.
Draai de pannenkoekjes met een spatel en bak totdat ze goudbruin zijn aan beide zijden.
Garneer de bananaan-ei pannenkoekjes met een handje granola, een halve banaan (in plakjes) en eventueel de honing of stroop.