In de volksmond wordt het vaak ‘haantjepik’ genoemd, maar de officiële naam van dat witte draadje in een rauw ei is chalaza of hagelsnoer. Dé vraag die bij veel mensen speelt: kun je dat witte draadje gewoon eten?
Zaadresten van de haan?
De chalaza (van het Griekse khalaze) is een draadje gemaakt van ei-albumine (een soort proteïne). Een ei heeft twee van deze hagelsnoeren. Ze zitten bevestigt aan beide kanten van de eidooier en aan de schil. Zo houden de chalazas de dooier vast aan de schaal zodat deze in het midden van het ei blijft zitten. Het ziet eruit als een elastische, witte, navelstreng-achtige draad en zit in ieder ei. Veel mensen vinden het er vies uitzien en vissen het met een lepeltje uit het ei. Dat zijn vaak wat oudere mensen, omdat men vroeger dacht dat de chalaza de zaadresten waren van de haan bij een mislukte bevruchting.
Kun je het eten?
Je kunt de chalaza van een ei gewoon eten, het betekent niet dat een ei bedorven of slecht is. Sterker nog, een goed zichtbaar hagelsnoer betekent dat je te maken hebt met een vers ei. Het hagelsnoer wordt namelijk minder sterk en daarbij ook minder zichtbaar naar mate de tijd verstrijkt. Zorg wel dat hij goed gaar wordt als je je eitje bakt, want als hij niet doorbakken is, zul je het hagelsnoer wél proeven en geeft het bovendien een naar, flubberig gevoel in je mond.
Foto via Pixabay.