Eind december staat half Nederland traditiegetrouw in de keuken om kniepertjes of nieuwjaarsrolletjes te bakken. Wat is het verschil tussen die twee eigenlijk? En hoe maak je de lekkerste?
Kniepertjes: deze nieuwjaarslekkernij staat onder veel namen bekend. IJzerkoeken (iezerkoekies) bijvoorbeeld, vanwege de smeedijzeren knijpijzers waarmee ze vroeger boven het haardvuur gebakken werden. Andere namen zijn knijpertjes, knieperties, kniepkoukies, knieperkers en nij-jaorskoeken. Het zijn in ieder geval zoete, dunne, harde wafels die traditioneel rond de jaarwisseling gegeten worden.
Wacht even… Wafels? Ja. Want hoewel veel mensen de bekende commercieel geproduceerde Vegter’s rolletjes kniepertjes noemen, zijn dat officieel nieuwjaarsrolletjes. Hoe zit dat?
Kniepertjes zijn plat
Volgens de traditie zijn de wafels in december plat en heten ze kniepertjes, maar eet je ze in januari – op oudejaarsavond na twaalf uur dus – in opgerolde vorm. Dan worden ze nieuwjaarsrolletjes (of rolletje of rollechien) genoemd. De platte kniepertjes staan voor het jaar dat achter ons ligt en zich al geheel heeft uitgerold. De nieuwjaarsrolletjes symboliseren het onbekende nieuwe jaar, dat zich nog helemaal ontvouwen moet. Vaak worden ze na het afkoelen gevuld met slagroom of zelfs vla.
Het ultieme kniepertjesrecept
Qua receptuur is er eigenlijk geen verschil tussen kniepertjes en nieuwjaarsrolletjes, hoewel er in sommige regio’s voor de platte variant een iets dikker, meer deegachtig, beslag wordt gemaakt. In Drenthe werden er vroeger met het laatste beslag spek en worst meegebakken, maar dan noem je de kniepertjes eigenlijk weer spekdikken. Hoe dan ook: in principe kun je met onderstaand klassieke kniepertjesrecept voor beide varianten uit de voeten. Eh, rolletjesrecept dus, want wij maakten nieuwjaarsrolletjes.
De scheut jonge jenever in dit recept is overigens optioneel. Sommige bakkers zeggen dat het de nieuwjaarsrolletjes knapperiger houdt, maar dat blijven ze in een luchtdichte trommel ook uiteraard.
Kniepertjes of nieuwjaarsrolletjes

Ingrediënten
- 3 eieren
- 500 g bloem
- 400 g witte basterdsuiker
- 200 g roomboter
- 2 theelepels kaneel
- 2 theelepels gemalen anijszaad
- Snufje zout
- Scheut jonge jenever
- Water
- Beetje zonnebloemolie of boter om je ijzer in te vetten
Bereiding
- Stap 1 Smelt de boter in een steelpan.
- Stap 2 Zeef de bloem boven een kom en roer de suiker, anijs, kaneel en het snufje zout erdoor.
- Stap 3 Voeg de jonge jenever, de losgeklopte eieren en de gesmolten boter toe en roer dit goed door.
- Stap 4 Doe hier (lauw) water bij tot het geheel zo dik is als pannenkoekenbeslag. Klopt dit met de mixer of garde tot er geen klontjes meer inzitten.
- Stap 5 Het liefst laat je het beslag paar uur tot een nacht rusten in een niet te warme ruimte, dat geeft een heerlijke, uitgesproken smaak. Maar je kunt er ook direct mee aan de slag.
- Stap 6 Verwarm je kniepertjesijzer (wafelijzer, oublie-ijzer) en vet deze in met wat olie of boter. Let op: dat invetten hoeft alleen de eerste keer.
- Stap 7 Schenk een lepel beslag in het hete ijzer, druk kort dicht en bak de wafel tot hij mooi goudbruin is.
- Stap 8 Haal de wafel van het ijzer met een pannenkoekenspatel of een vork, leg op een plank en rol deze direct om de steel van een pollepel. Haal de pollepel eruit en laat het nieuwjaarsrolletje afkoelen op een koekjesrooster. Ga door tot al het beslag op is.
Officieel geef je iedere gast op oudejaarsavond twee kniepertjes en twee nieuwjaarsrolletjes. Geef de vulling er los bij want als je ze van te voren vult, worden ze zacht. Helemaal afgekoeld kun je ze in een gesloten trommel enkele weken bewaren.
Lekker? Probeer ook dit recept voor oliebollen uit de airfryer eens! Of deze gluten- en lactosevrije oliebollen.
Met dank aan Iris Karelsen voor de foto’s.
Inplaats van een glas jenever doe ik er een hele grote scheut ( wel drie borrel. glazen) Amaretto in, erg lekker!